Financiële positie
Degelijk financieel beleid in onzekere tijden
In de programmabegroting 2023- 2026 concretiseren we het coalitieakkoord “Samen Duurzaam Vooruit” en ook de kaders zoals deze zijn vastgesteld in de kaderbrief 2023-2026. Nadat de inkt van het coalitieakkoord “Samen Duurzaam Vooruit” net droog was, kregen we te maken met een aantal crises, die grote impact hebben op onze gemeente. We hebben te maken met een stikstof-crisis, een crisis omtrent de opvang van vluchtelingen en niet in de laatste plaatst een energiecrisis. Ontwikkelingen die grote impact hebben op de gehele samenleving en ook op onze eigen gemeentelijke begroting.
Onze ambitie op onze eigen financiële huishouding blijft gelijk. We houden ons huishoudboekje blijvend op orde door een stabiel financieel beleid, heldere afspraken en financiële lenigheid om in te spelen op nieuwe omstandigheden. We willen de lokale lastendruk voor onze inwoners en bedrijven laag houden.
In een apart hoofdstuk staan we nadrukkelijk stil bij de kaders en uitgangspunten voor deze begroting. Een stabiele koers is noodzakelijk in deze tijden van grote onzekerheid.
We beginnen dit hoofdstuk met een overzicht van het saldo van deze programmabegroting. Dit lichten we vervolgens kort toe. Verder staan we stil bij de incidentele baten en lasten en ons structurele begrotingssaldo. Tenslotte geven we aan welke financiële uitgangspunten we hebben gehanteerd bij het opstellen van de begroting.
+ is nadeel: hogere uitgaven/lagere inkomsten | |||||
Omschrijving | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
---|---|---|---|---|---|
Bestaand beleid | |||||
Lasten | 333.729 | 327.662 | 310.187 | 308.487 | 305.661 |
Baten | -333.505 | -330.606 | -321.698 | -325.370 | -311.161 |
Saldo | 224 | -2.944 | -11.511 | -16.882 | -5.500 |
Stortingen reserves | 36.913 | 8.244 | 3.597 | 3.642 | 3.105 |
Onttrekkingen reserves | -44.990 | -12.089 | -4.673 | -3.921 | -3.576 |
Saldo mutaties reserves | -8.076 | -3.845 | -1.076 | -278 | -471 |
Totaal bestaand beleid | -7.853 | -6.789 | -12.587 | -17.161 | -5.971 |
Nieuw beleid | 8.601 | 6.891 | 14.467 | 19.689 | 6.532 |
3O-ontwikkelingen | -480 | 5.043 | 3.126 | 3.011 | 3.990 |
Budgettair neutrale wijzigingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Septembercirculaire | -1.435 | -5.225 | -5.850 | -5.856 | -4.578 |
Saldo programmabegroting | -1.166 | -80 | -844 | -317 | -28 |
Amendementen gemeenteraad
De gemeenteraad heeft op 10 november 2022 de programmabegroting 2023-2026 besproken en vastgesteld met de volgende amendementen:
- Stut de bedrijfsvoering van Dtv/ Maaslandfm: de gemeenteraad heeft besloten om voor de jaren 2023 en 2024 een incidentele extra subsidie te verstrekken aan Dtv/ Maaslandfm ter hoogte van € 80.000 per jaar. Dit bedrag wordt betaald uit de algemene reserve. De keuze voor 2 jaar is gekoppeld aan de stelselwijziging in 2025 waaraan het kabinet werkt.
- Intensiveer preventieve controles in het buitengebied en op bedrijventerreinen: de gemeenteraad heeft besloten om 1 extra toezichthouder (€ 85.000 per jaar) aan te trekken, die specifieke ingezet wordt op actieve preventieve controles in het buitengebied en op bedrijventerreinen. Dit ter voorkoming van ondermijnende activiteiten. Dit doen we op projectbasis voor de periode van drie jaar. Na deze periode wordt de impact van deze extra capaciteit geëvalueerd.
- Duidelijkheid over opgave vluchtelingenopvang: de gemeenteraad heeft besloten om meer duidelijkheid in de teksten aan te brengen over onze opgave voor vluchtelingenopvang. Dit heeft geleid tot tekstuele aanpassingen in hoofdstuk “kaders en uitgangspunten” en in de programma’s “1. Welzijn en Zorg” en “2. Werk, Inkomen & Onderwijs”.
Hiermee verandert de uitkomst van de programmabegroting als volgt:
is nadeel: hogere uitgaven/lagere inkomsten bedragen x € 1.000 | |||||
Omschrijving | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
---|---|---|---|---|---|
Saldo programmabegroting na amendement | -1.166 | 5 | -759 | -232 | -28 |
Conclusies uit de tabel
We presenteren een structureel sluitende begroting met beperkte overschotten in alle jaren. Het positieve saldo van de begroting is nihil voor het jaar 2023. Door een grote stijging van de algemene uitkering hebben we veel financiële ruimte om voor zowel structureel en incidenteel nieuw beleid.
Start van de begroting
De start van de begroting begint met de financiële positie zoals deze in de kaderbrief 2023-2026 is weergegeven. In de kaderbrief was de financiële positie als volgt:
Bedragen x €1.000 | |||||
Omschrijving | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
Programmabegroting 2022-2025 | -155 | -85 | -71 | -14 | -15 |
Eerste financiële tussenrapportage 2022 | -648 | 39 | -61 | -61 | -61 |
Meicirculaire 2022 | -7.050 | -6.743 | -12.455 | -17.086 | -5.895 |
Financieel kader | -7.853 | -6.789 | -12.587 | -17.161 | -5.971 |
Dit betekende dat we op basis van de meicirculaire 2022 structurele ruimte in de begroting hadden van € 6 miljoen en in de tussenliggende jaren nog incidentele ruimte. Toen voorzagen we al grote risico's van stijgende inflatie, realiteitsgehalte van de rijksuitgaven, structurele financiering jeugdzorg en kostenstijgingen in het sociaal domein.
Vervolgens zijn er mutaties geweest op deze bestaande begroting in de vorm van nieuw beleid, 3O-ontwikkelingen en de septembercirculaire 2022. Deze lichten we afzonderlijk toe.
Financiële effecten programmabegroting 2022-2025
Nieuw beleid
In deze programmabegroting 2023-2026 zijn de speerpunten uit het coalitieakkoord "Samen Duurzaam Vooruit" vertaald. We beoordelen jaarlijks in hoeverre we financiële ruimte hebben om plannen te versnellen of bij de stellen. In deze begroting hebben we voor belangrijke prioriteiten extra financiële ruimte vrijgemaakt. Onderstaand een samenvattend overzicht hiervan.
+ is nadeel: hogere uitgaven/lagere inkomsten | ||||||
Progr | Omschrijving | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
1 | Extra formatie voor het Centrum Jeugd en Gezin | 0 | 576 | 576 | 576 | 576 |
1 | Uit Rijksbudget Jeugdzorg | -576 | -576 | -576 | -576 | |
1 | Pilot preventieve begeleiding arbeidsmigranten | 0 | 50 | 50 | 0 | 0 |
1 | Beleidscapaciteit Zorg en Veiligheid | 0 | 50 | 100 | 100 | 0 |
2 | Schuldenknooppunt & Collectief Schuldregelen (S&C) en Pilot Nederlandse Schuldhulproute (NSR) | 0 | 50 | 50 | 50 | 50 |
2 | Voortgezet Speciaal Onderwijs | 0 | 0 | 0 | 92 | 79 |
2 | Nieuwbouw Speciaal Onderwijs | 0 | 0 | 0 | 140 | 139 |
2 | Investering Optimus/Kindlandschap De Eiber | 0 | 0 | -122 | 48 | 48 |
2 | Speciaal Basisonderwijs Het Baken | 0 | 0 | 0 | 0 | 197 |
2 | Vergroten doelgroep en uitbreiding doelgroep Eenmalige energietoeslag | 530 | 265 | 0 | 0 | 0 |
2 | Uit reserves | -530 | -265 | 0 | 0 | 0 |
2 | Pilot budgetcoaching | 0 | 80 | 0 | 0 | 0 |
2 | Uit reserve participatiebevordering | 0 | -80 | 0 | 0 | 0 |
3 | Hogere exploitatiekosten nieuw zwembad | 0 | 0 | 0 | 0 | 400 |
3 | Investeringskosten nieuw theater | 0 | 195 | 0 | 1.700 | 1.700 |
3 | Compensatie COVID-19 effecten voor cultuur 2022 | -399 | 399 | 0 | 0 | 0 |
3 | Vaste huismeester MJC | 0 | 40 | 40 | 40 | 40 |
3 | Open Sportclub Herpen | 0 | 0 | 18 | 48 | 48 |
3 | Thuis in de buurt | 0 | 100 | 50 | 50 | 0 |
3 | Extra inflatie subsidies 2023 | 0 | 142 | 142 | 142 | 142 |
3 | Urban Sports Park | 0 | 61 | 60 | 60 | 60 |
3 | Projectleider Verduurzaming Vastgoed | 0 | 88 | 88 | 88 | 88 |
3 | Vrijwilligersbeleid | 0 | 100 | 100 | 100 | 100 |
4 | Meekoppelkansen waterveiligheid | 0 | 400 | 0 | 400 | 0 |
4 | Procesbegeleiding gebied polders | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 |
4 | Fietsenstalling Oostwal | 0 | 0 | 0 | 70 | 0 |
4 | Bos van Oss | 0 | PM | PM | PM | PM |
4 | Impuls klimaatadaptatie | 0 | 500 | 500 | 500 | 0 |
5 | Verduurzamen Moleneind | 0 | 250 | 0 | 0 | 0 |
5 | Clarissenklooster | 0 | 19 | 19 | 19 | 19 |
5 | Onderzoek recreatieve doeleinden | 0 | 30 | 0 | 0 | 0 |
5 | Meekoppelkansen Zuidwaterlinie | 0 | 30 | 30 | 30 | 30 |
5 | Cultuurhistorische waardenkaart | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 |
5 | Capaciteit voor agrarische transitie | 0 | 189 | 189 | 189 | 189 |
6 | Verkeersafwikkeling Walkwartier | 288 | 0 | 0 | 0 | 0 |
6 | Uit reserve investeringsfonds Stadshart | -288 | 0 | 0 | 0 | 0 |
6 | Wandelroute blinden centrum | 0 | 130 | 0 | 0 | 0 |
6 | Uit reserve investeringsfonds Stadshart | 0 | -130 | 0 | 0 | 0 |
6 | Actualiseren drank- en horecabeleid | 0 | 75 | 0 | 0 | 0 |
6 | Extra Vergroening centrum Oss | 0 | 125 | 0 | 0 | 0 |
6 | Uit reserve investeringsfonds Stadshart | 0 | -125 | 0 | 0 | 0 |
7 | Voorbereidingskosten gebiedsontwikkelingen (IMVA's) | 2.015 | 2.888 | 0 | 0 | 0 |
7 | Uit algemene bedrijfsreserve | -2.015 | -2.888 | 0 | 0 | 0 |
7 | Inzet algemene reserve van het grondbedrijf | 0 | -3.380 | 0 | 0 | 0 |
7 | Storting in reserve bovenwijkse voorzieningen | 0 | 3.380 | 0 | 0 | 0 |
7 | Ontwikkelingen spoorzone | 0 | 350 | 0 | 0 | 0 |
7 | Advies parkeernormen | 0 | 125 | 0 | 0 | 0 |
7 | Werkgeversaanpak duurzaam vervoer | 0 | 40 | 0 | 0 | 0 |
7 | Vastgoed juristen | 0 | 97 | 97 | 97 | 97 |
7 | Ten laste van grondbedrijf | 0 | -97 | -97 | -97 | -97 |
7 | Reservering voor mobiliteitsopgave | 9.000 | 470 | 5.470 | 8.470 | 1.470 |
7 | Verhogen budget reserve binnenstedelijke transformaties | 0 | 0 | 5.000 | 5.000 | 0 |
7 | Extra capaciteit voor een beleidsmedewerker Wonen en Strateeg LWE | 0 | 223 | 223 | 223 | 223 |
7 | Extra capaciteit versnelling woningbouw RO | 0 | 100 | 100 | 100 | 0 |
7 | Capaciteit voor Ruimtelijke ontwikkeling | 0 | 376 | 326 | 326 | 0 |
9 | Toekomstplan publiekscentrum | 0 | 175 | 175 | 175 | 175 |
9 | Programma data | 0 | 278 | 278 | 183 | 78 |
9 | ICT Informatiebeveiliging | 0 | 189 | 189 | 114 | 114 |
9 | Beheer en doorontwikkeling Office 365 | 0 | 761 | 595 | 595 | 595 |
9 | Doorontwikkeling afdeling P&O | 0 | 175 | 175 | 175 | 175 |
9 | Herijking Reiskostenregeling | 0 | 100 | 100 | 100 | 100 |
9 | Projectleider Telefonie | 0 | 90 | 50 | 0 | 0 |
9 | Extra capaciteit raadsgriffie | 0 | 167 | 167 | 167 | 167 |
9 | Aanstellen kwartiermaker participatie | 0 | 110 | 110 | 0 | 0 |
9 | Arbo, Vitaliteit en Veiligheid | 0 | 60 | 60 | 60 | 60 |
9 | Extra capaciteit procesadviseurs | 0 | 88 | 88 | 88 | 0 |
9 | Gebiedsvisie Schadewijk | 0 | 45 | 45 | 45 | 45 |
Totaal Nieuw beleid | 8.601 | 6.891 | 14.467 | 19.689 | 6.532 |
Bij de programma’s verderop in deze programmabegroting lichten we het nieuwe beleid toe (onderdeel 4.1).
Algemene reserve
De algemene reserve is bestemd voor het opvangen van algemene risico’s en fluctuaties in de rekeningresultaten. De omvang van de algemene vrije reserve is per 1 januari 2022 afgerond € 32 miljoen. De minimale norm van deze reserve is 10% van de algemene uitkering. Op basis van de meicirculaire 2022 is dat € 21,6 miljoen. De reserve is nu hoger dan de minimale omvang. Rekening houdend met toekomstige onttrekkingen (waarover al besluitvorming heeft plaatsgevonden) is de ruimte binnen de reserve circa € 30,3 miljoen. Dit betekent dat er een ruimte is van afgerond € 8,7 miljoen. We houden dit overschot aan zodat onze algemene reserve kan fungeren als noodfonds om maatregelen te kunnen nemen om de effecten uit de energiecrisis te verminderen.
3O-ontwikkelingen
Samengevat geven de 3O-ontwikkelingen het volgende beeld:
+ is nadeel: hogere uitgaven/lagere inkomsten | ||||||
Progr | Omschrijving | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
1 | Transformatieproject jeugd | 888 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Inzet reserve | -888 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
1 | Investeringsagenda beschermd wonen | -185 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1 | Actualisatie bestedingsplan reserve beschermd wonen | -5.800 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Storting in reserve | 5.800 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
1 | Hogere kosten individuele begeleiding en dagbesteding | 400 | 450 | 450 | 450 | 450 |
1 | Hogere kosten huishoudelijke verzorging | 0 | 425 | 425 | 425 | 425 |
1 | Opvang vluchtelingen Oekraïne | -6.933 | -1.400 | 0 | 0 | 0 |
1 | Storting in reserve | 6.933 | 1.400 | 0 | 0 | 0 |
2 | COVID-19 middelen Participatiebudget | -188 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2 | Egalisatiereserve Wsw | -480 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2 | Opvang vluchtelingen leefgeld | 950 | 1.400 | 0 | 0 | 0 |
2 | Inzet reserve | -950 | -1.400 | 0 | 0 | 0 |
3 | Stadssportpark TBL Carmelcollege | 0 | 195 | 0 | 0 | 0 |
4 | Richtlijn CROW400 "Veilig werken in verontreinigde grond" | 0 | 114 | 114 | 114 | 114 |
4 | Ontvangen Ark-gelden storten in reserve aankoop gronden natuurgebieden | -200 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4 | Vrijval reserve onderhoud natuurgebieden | -264 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4 | Terugstorting Stichting Maashorst in uitvoering | -109 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4 | Personele inzet project duurzame polder energieprogramma | 108 | 228 | 0 | 0 | 0 |
4 | Inzet reserve | -108 | -228 | 0 | 0 | 0 |
4 | Areaaluitbreidingen openbare ruimte | 0 | 102 | 109 | 109 | 109 |
5 | Vrijval voorziening geldlening Bioconnection | -361 | 0 | 0 | 0 | 0 |
6 | Kermissen | 68 | 0 | 0 | 0 | 0 |
6 | Prijsstijging afbouw, installatie en interieur Warenhuis | 0 | 0 | 0 | 820 | 440 |
6 | Dekking uit plan | -820 | -440 | |||
6 | Prijsstijging investeringen openbare ruimte Walkwartier | 0 | 707 | 0 | 0 | 0 |
6 | Stadssportpark TBL openbare ruimte | 0 | 88 | 0 | 0 | 0 |
6 | Stimuleringsregeling verplaatsing ondernemers | -200 | -200 | 0 | 0 | 0 |
6 | Inzet reserve | 200 | 200 | 0 | 0 | 0 |
7 | Stortingen bovenwijkse voorzieningen | 800 | 233 | 357 | 47 | 41 |
7 | Inzet reserve | -800 | -233 | -357 | -47 | -41 |
7 | Stortingen bovenwijkse netwerk voorzieningen | 595 | 166 | 362 | 133 | 117 |
7 | Inzet reserve | -595 | -166 | -362 | -133 | -117 |
7 | Mobiliteitsopgave (uit reserve mobiliteit) | 0 | -2.200 | -495 | -495 | -495 |
7 | Storting in reserve bovenwijkse voorzieningen | 0 | 2.200 | 495 | 495 | 495 |
9 | Opheffen tussenschalen HR21 | 46 | 92 | 92 | 92 | 92 |
9 | Subsidie-ondersteuning en specialistische ondersteuning fiscaliteit en privacy | 0 | 177 | 77 | 77 | 77 |
9 | Vervangingsinvesteringen ICT | -80 | -177 | -143 | -118 | 16 |
9 | Verbouwing en nieuw huurcontract BSOB | 162 | 162 | 162 | 162 | 162 |
10 | OZB stijging met inflatie | 0 | -613 | -613 | -613 | -613 |
10 | Afbouw reserves gaswinstuitkering Maaslandgas en deposito BNG | 0 | 0 | 0 | 0 | 134 |
10 | Lagere afschrijvingskosten investeringen | -500 | 350 | 0 | -100 | 60 |
10 | Sterke toename inflatie | 1.325 | 2.659 | 2.186 | 2.161 | 2.570 |
Diversen | -114 | 312 | 268 | 253 | 395 | |
Totaal 3O-ontwikkelingen | 93 | 5.043 | 3.126 | 3.011 | 3.990 |
Bij de programma’s verderop in deze programmabegroting benoemen we alle 3O-ontwikkelingen en lichten we deze toe (onderdeel 4.2).
Septembercirculaire
Samengevat is de uitkomst van de septembercirculaire als volgt:
+ is nadeel: hogere uitgaven/lagere inkomsten | |||||
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
Septembercirculaire 2022 | -220.946 | -220.103 | -223.098 | -227.471 | -214.039 |
Meicirculaire 2022 | -216.214 | -218.195 | -222.465 | -227.833 | -209.421 |
Opgenomen onderuitputting accres 20% | 1.165 | 3.462 | 5.417 | 6.241 | 0 |
Totale stijging | -5.897 | -5.370 | -6.050 | -5.879 | -4.618 |
Af te zonderen posten | 4.462 | 145 | 200 | 23 | 40 |
Netto voordeel | -1.435 | -5.225 | -5.850 | -5.856 | -4.578 |
Belangrijkste punten uit de circulaire zijn:
Algemene ontwikkelingen:
- Het kabinet heeft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) het voorstel gedaan om het volumedeel van het accres voor 2022-2025 vast te zetten op de stand van de voorjaarsnota 2022. De VNG heeft met dit voorstel ingestemd. Dit betekent dat het accres in die jaren niet meer daalt / stijgt en dus niet meer afhankelijk is van de hoogte van de rijksuitgaven. Alleen de prijsontwikkeling wordt nog wel aangepast. Concreet betekent dit dat de onderuitputting die we bij de meicirculaire 2022 hadden opgenomen ter hoogte van € 1,2 miljoen in 2022 oplopend tot € 6,2 miljoen in 2025 kan vervallen. Dit betekent ook dat we de komende jaren geen plussen meer kunnen verwachten.
- Hogere rijksuitgaven leiden tot hogere accressen. De meicirculaire 2022 was gebaseerd op de landelijke voorjaarsnota. Hierin zaten alle effecten uit het coalitieakkoord Rutte IV en ook zaten er hogere rijksuitgaven in als gevolg van defensie, opvang vluchtelingen, inflatie, koppeling OAW. Dit gaf flink hogere accressen. Al vele jaren is de systematiek binnen de algemene uitkering “samen de trap op- samen de trap af”. Dit betekent praktisch gezien dat als het Rijk meer geld uitgeeft de gemeenten ook extra geld ontvangen (en andersom). Tot en met het jaar 2025 wordt deze systematiek gehanteerd, wat betekent dat door de rijksuitgaven het positief is voor gemeenten. Het Rijk heeft echter eenzijdig besloten om vanaf het jaar 2026 deze systematiek los te laten en het accres “af te toppen”. Dit betekent een fors nadeel in 2026 ten opzichte van het jaar 2025. Met een onafhankelijke begeleider wordt er in de toekomst gewerkt aan een nieuwe financieringssystematiek voor 2026 en verder. “Het ravijn” wordt versterkt doordat de zogenaamde opschalingskorting tot en met het 2025 verdwijnt, maar dat deze in 2026 weer terugkomt. Dit is een nadeel van ruim € 3,5 miljoen voor onze gemeenten in 2026.
- Ter compensatie van dit ravijnjaar in 2026 stelt het kabinet nu eenmalig een bedrag van € 1 miljard extra beschikbaar in 2026. Dit is voor ons een bedrag van eenmalig € 4,8 miljoen. We willen terughoudend omgaan met het structureel begroten van dit voordeel. Zeker gezien het feit dat de toekomstige accressen bevroren worden en dat daarmee toekomstige structurele ruimte beperkt wordt. Daarentegen is er een stevige lobby richting het Rijk om te komen met structurele maatregelen om het ravijnjaar te verkleinen en te komen met duurzame financiering van rijksambities aan de gemeenten. Vandaar dat we er voor gekozen hebben om 75% van dit bedrag structureel in te zetten (dit sluit aan bij de systematiek omtrent de raming van de rijksgelden voor jeugdzorg). Dit is 75% van het saldo van de septembercirculaire = € 3,4 miljoen).
Energietoeslag
Landelijk is besloten om in 2023 nogmaals € 1.300 energietoeslag uit te keren voor mensen die leven van 120% van het sociaal minimum. We ontvangen in de septembercirculaire extra middelen om de toeslag in 2022 te verhogen van € 800 naar € 1.300 (€ 2,8 miljoen). Later ontvangen we nog een bedrag om ook deze toeslag in 2023 (of deels in 2022) uit te betalen. Ons beleid is om deze toeslag uit te keren voor mensen die leven van 130% van het minimum. Dit zetten we voort. Dit betekent wel dat we tekort gaan komen op het rijksbedrag, maar dit zullen we afdekken uit onze reserves.
Jeugdzorg
Er ligt nog geen definitief besluit vanuit het kabinet over de financiering van jeugdhulp. Het kabinet heeft via de meicirculaire incidenteel geld beschikbaar gesteld voor het jaar 2023. Het kabinet gaat met gemeenten en andere relevante partijen verder in gesprek over de Hervormingsagenda Jeugd, die moet bestaan uit een combinatie van een set van maatregelen en een financieel kader waarmee een structureel houdbaarder jeugdstelsel wordt gerealiseerd. Het kabinet zal bij het afsluiten van de Hervormingsagenda ook besluiten over de extra middelen voor 2024 en verder die aan gemeenten beschikbaar gesteld worden, waarbij het advies van de Commissie van Wijzen het uitgangspunt vormt. De gelden voor 2024 en verder zijn dus nog niet definitief. Vandaar dat we dezelfde lijn blijven hanteren als vorig jaar en 75% van de bedragen uit de hervormingsagenda blijven ramen.
Compensatiepakket COVID-19
Het Rijk geeft aan dat de inkomstenderving over het jaar 2021 wordt afgerekend in de decembercirculaire 2022. Daarnaast ontvangen we voor SW bedrijven nog een bedrag van € 96.000 voor de periode 1 januari tot 1 april 2022. Dit betalen we door aan IBN.
Investeringen
Via deze programmabegroting stellen we ook investeringskredieten vast. De kapitaallasten van de investeringen zijn verwerkt in de lasten per programma. Als er sprake is van nieuwe investeringen hebben we dat gedaan via de 3O-ontwikkelingen of nieuw beleid bij de programma’s. In de paragraaf investeringsplan zijn alle investeringen opgenomen. Samengevat geeft dit het volgende beeld per programma:
Bedragen * € 1.000 | ||||||
Investeringsplan | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | Totaal |
---|---|---|---|---|---|---|
2. Werk, inkomen en onderwijs | 220 | 6.186 | 19.080 | 3.160 | - | 28.646 |
3. Ontmoeten, sport en cultuur | 4.437 | 19.162 | 1.837 | 383 | 725 | 26.544 |
4. Klimaat, energie en openbare ruimte | 13.019 | 5.591 | 5.666 | 7.238 | 2.459 | 33.973 |
5. Economie | - | - | 638 | 899 | - | 1.537 |
7. Verstedelijking, wonen & mobiliteit | 610 | 228 | 838 | 444 | 115 | 2.235 |
9. Besturen in verandering van tijden | 2.921 | 2.937 | 2.338 | 4.261 | 2.306 | 14.763 |
Totaal geplande investeringen | 21.207 | 34.104 | 30.397 | 16.385 | 5.605 | 107.698 |
Bijzondere investeringen | ||||||
Walkwartier en Omgeving (incl. TBL) | 26.374 | |||||
Golfbad | 38.000 | |||||
Lievekamp theater | 55.000 | |||||
Spoorzone Oss (beschikbare ruimte) | 95.000 | |||||
Verstedelijking Oss (beschikbare ruimte) | 20.000 | |||||
Mobiliteitsopgave Oss (beschikbare ruimte) | 40.000 | |||||
Totaal geplande investeringen | 382.072 |
Naast de reguliere investeringen voorzien we investeringen voor het Walkwartier en omgeving. Dit betreft de installaties en inrichting van het Warenhuis, inrichting openbare ruimte en het stadssportpark TBL.
Daarnaast begroten we grote investeringen voor het Golfbad en Lievekamp. Deze staan nog niet op het investeringsplan, maar in onze begroting houden we rekening met investeringen van respectievelijk circa € 38 en € 55 miljoen. Voor realisatie van ruimtelijke ambities (zie hiervoor apart hoofdstuk in deze begroting) is in de begroting ruimte voor investeringen voor:
- Verstedelijking Spoorzone Oss: € 95 miljoen;
- Verstedelijkingsopgave: € 20 miljoen in de reserve binnenstedelijke transformaties;
- Mobiliteitsplan: € 40 miljoen.
Uit het overzicht blijkt dat we de komende jaren in totaal circa € 380 miljoen investeren. Voor een specificatie wordt verwezen naar betreffende paragraaf investeringsplan. Het vaststellen van de programmabegroting is de basis voor het uitvoeren van de investeringen. Daarbij is het totale investeringsbedrag per programma leidend. De in het investeringsplan opgenomen investeringsbedragen voor 2022 en 2023 zijn na het vaststellen van deze programmabegroting direct beschikbaar voor uitvoering. Investeringen waarvan de kaders nog onvoldoende duidelijk zijn leggen we apart aan de gemeenteraad voor. Dit zijn de investeringen die in de tabel paragraaf investeringsplan zijn aangemerkt met een “R”.
De bijzondere projecten worden apart voorgelegd aan de gemeenteraad.
Structureel saldo programmabegroting
Om een goed oordeel te kunnen vormen over de begroting is het van belang om het saldo te corrigeren met incidentele baten en lasten. De baten en lasten die niet incidenteel zijn, zijn immers structureel van aard. Het structurele begrotingssaldo geeft aan of de structurele lasten met structurele baten worden afgedekt. Als dat het geval is, is de begroting structureel in evenwicht.
In de volgende tabel berekenen we het structurele saldo van de programmabegroting.
+ is nadeel: hogere uitgaven/lagere inkomsten | |||||||
Omschrijving | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Resultaat | -20.136 | -1.166 | -80 | -844 | -317 | -28 | |
Incidentele baten en lasten | -3.226 | 12.589 | 4.840 | 12.049 | 14.769 | 30 | |
Structureel begrotingssaldo | -16.910 | -13.755 | -4.920 | -12.893 | -15.086 | -58 |
De conclusie hieruit is dat de begroting meerjarig structureel sluitend is. Meerjarig is in 2026 het structurele saldo van de begroting € 58.000 voordelig.
Het saldo van incidentele baten en lasten wordt vooral veroorzaakt door grote, incidentele investeringen die opgenomen zijn voor mobiliteit, binnenstedelijke transformatie, stadscentrum, waterveiligheid, verschuivingen van investeringen in het MIP en invoering van de nieuwe Omgevingswet.
In bijlage 2 staat een specificatie van de incidentele baten en lasten.
Financiële uitgangspunten
Onze ambitie is om ons huishoudboekje blijvend op orde te houden door een stabiel financieel beleid, heldere afspraken en financiële lenigheid om in te spelen op nieuwe omstandigheden. We willen de lokale lastendruk voor onze inwoners en bedrijven laag houden.
De begroting 2023 en de meerjarenramingen 2024-2026 hebben we opgesteld op basis van de volgende uitgangspunten:
- We hebben we een sluitende (meer) jarenbegroting. Structurele uitgaven worden structureel afgedekt. We kiezen er daarbij bewust voor om 75% van het incidentele voordeel 2026 uit de septembercirculaire 2022 structureel in te zetten. Dit vinden we financieel verantwoord.
- We hebben een algemene reserve die voldoet aan de gestelde normen (10% van de algemene uitkering). Binnen onze algemene reserve zien we incidentele begrotingsruimte. We zetten deze ruimte in om onze ambities in dit coalitieakkoord te waar te maken.
- We kijken jaarlijks kritisch naar onze reserves en voorzieningen. In de nota reserves, die de gemeenteraad tegelijk met deze programmabegroting behandelt, lichten we de reserves uitgebreid toe.
- Nieuw beleid wordt integraal afgewogen bij de vaststelling van de begroting. Het politieke debat over de inhoud wordt vooral integraal gevoerd bij de kadernota in het voorjaar.
- De lokale lastendruk houden we minimaal € 22,50 onder het landelijke gemiddelde. Voor de begroting 2023 kiezen we ervoor om:
- We verhogen de OZB met 2,8% (beperkte inflatiecorrectie)
- We houden de afvalstoffenheffing stabiel
- We verhogen de rioolheffing met 2,8% (beperkte inflatiecorrectie)
Hierbij stijgt de lokale lastendruk in 2023 beperkt met € 19 in 2023.
We blijven uitgaan van 100% kostendekking van tarieven en heffingen.
- De winsten uit het grondbedrijf zetten we in voor onze omvangrijke ruimtelijke opgaves (ontsluitingswegen, spoorzone, mobiliteitsplan, plan Groen/ blauw/ natuur). Daarnaast vragen we bijdragen aan ontwikkelende partijen, die op deze manier hier ook aan meebetalen.
- Via actieve lobby en netwerken zetten in op actief geld van derden te verwerven zoals bijdragen uit landelijke, regionale en Europese fondsen. De landelijke fondsen voor woningbouwimpulsen, volkshuisvesting en klimaat & energie bieden nadrukkelijk kansen.
- We blijven lobbyen voor structurele compensatie van de hogere kosten voor jeugdhulp en Wmo. Ook lobbyen we voor de afschaffing van de zogenaamde opschalingskorting. Als gemeenten hebben we meer financiële armslag nodig om alle (landelijke) ambities te realiseren. Dit geldt nadrukkelijk ook voor de grote energieopgave en woningbouwopgave.
- De algemene bedrijfsreserve van het grondbedrijf is direct gekoppeld aan onze ruimtelijke ambities. We voorzien omvangrijke ruimtelijke opgaven (ontsluitingswegen, spoorzone, mobiliteitsplan, plan Groen/ blauw/ natuur). We zetten alle toekomstige winsten uit het grondbedrijf hiervoor in. Daarnaast vragen we bijdragen aan ontwikkelende partijen, die op deze manier hier ook aan meebetalen.
- Voor subsidies 2023 wordt voorgesteld om uit te gaan van een inflatie voor 2023 van 5,8%. Dit is 3,5% hoger dan vastgesteld in de kaderbrief 2023-2026. Bij gesubsidieerde professionele instellingen is in zijn algemeenheid sprake van een 80/20-verhouding tussen het loongevoelige en prijsgevoelige deel van de uitgaven. Voor budgetsubsidies wordt voor de compensatie van loonstijging uitgegaan van de specifieke CAO-ontwikkelingen per sector en voor de compensatie van prijsstijging wordt dan uitgegaan van een inflatie van 5,8% (% overheidsconsumptie netto materieel 2023). Bij de overige subsidies zoals professionele instellingen zonder budgetovereenkomst en niet-professionele organisaties wordt ook dit percentage van 5,8% voor prijscompensatie gehanteerd.
- De rekenrente stellen we in principe vast op 1,1%. De rente voor de grondexploitaties bedraagt in de begroting 1,09%. Dit is gebaseerd op landelijke verslagleggingsvoorschriften.
- De raming van de algemene uitkering uit het gemeentefonds hebben we gebaseerd op de septembercirculaire 2022.
- In programma 10 hebben we een jaarlijkse post onvoorzien van € 300.000 opgenomen. Deze post is bedoeld om incidentele tegenvallers op te vangen. Het college besluit over de inzet van deze post. Daarbij geldt de voorwaarde dat inzet past binnen de criteria: onuitstelbaar, onvermijdbaar en onvoorzienbaar. De verantwoording hierover nemen we op in de reguliere planning- en controldocumenten met vaststelling door de gemeenteraad.